Etosha Extraordinaire
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
16 November 2018 | Namibië, Okaukuejo
Gisteren hebben we op de kaart van het park al omcirkeld welke waterholes we willen aandoen; we doorkruisen het hele park omdat we vanavond ‘aan de overkant’ slapen maar het is niet te doen om alle waterholes te zien. Ten eerste omdat het er behoorlijk wat zijn, ten tweede omdat ze een eind uit elkaar liggen (om van de ene kant van het park naar de andere te komen moeten we al ruim 140 kilometer afleggen, afslagen naar de waterholes niet meegeteld) en ten derde – ja hoor, daar is ‘ie weer – omdat de (gravel)weg uitermate beroerd is op sommige stukken en 20 kilometer per uur daar al een hele prestatie is.
We bobbelen en stuiteren dus rustigjes van waterhole naar waterhole en dat pakt nogal fantastisch uit. Bij de eerste de beste stop zien we al een serie olifanten, die na enige tijd doorsjokken naar het volgende waterhole, waar wij dan ook arriveren. Wederom zijn ze bijzonder stil (geen getrompetter te bekennen) maar er wordt lekker gebadderd – dit waterhole heet ook Olifantsbad en dat zal wel niet voor niets zijn.
Het duurt een hele tijd voordat we bij de volgende stek zijn. Het eerste stuk weg van 16 kilometer is zo achterlijk slecht dat mijn ingewanden verschoven zijn volgens mij, en Sylvain (normaal wisselen we van stuur maar die arme ziel rijdt de hele dag omdat ik de cameravrouw ben) zegt als we weer een iets beter begaanbaar gedeelte bereiken dat hij toch maar wel hoopt dat hier een beloning tegenover staat. Gelukkig wordt hij op zijn wenken bediend! We slaan een afslagje in dat we eigenlijk niet omcirkeld hebben – maar dit ligt zo dichtbij de weg dat het er wel even bij kan – en daar ligt een heel grassig waterhole. Het is er best druk met reguliere drinkers (zebra’s op de achtergrond en springbokjes dichterbij de lens) maar dan komt er een enorme gestalte aangesjokt… het is potdomme een neushoorn!! Het is toevallig zo gekomen omdat we kennelijk precies op een goed tijdstip kwamen aanrijden en langs het randje van de parkeerplaats hebben geparkeerd maar we hebben er een ongestoord zicht op. Vergeleken bij zo’n beetje elke andere toerist in dit park is mijn camera een kleuter, maar ik zoom zover in als de pixelgod het toelaat. Het is fantastisch.
Een locatie verderop ben ik niet zo gelukkig. Er zit daar een leeuw te suffen onder een boom (doen die gasten ooit wel eens iets anders eigenlijk?) maar dat is echt te ver voor mijn kleutertje om behoorlijk te kunnen vangen. Die lichte teleurstelling wordt een paar kilometer later gelukkig weer ongedaan gemaakt, wanneer we een driesprong naderen. Op de kruisingen en afslagen staan hier witte stenen, een soort ANWB-paddestoelen, met de richtingen en afstanden erop. Bij deze driesprong staat een wegwijzer met het woord ‘detour’ erop en eromheen staan verschillende auto’s stil en in elke wagen zitten toeristen met hun camera in de aanslag. We kijken om ons heen maar zien geen wild, dus Sylvain draait zijn raampje omlaag en vraagt aan iemand in de jeep naast ons wat er te zien is. “Een cheetah!” is het antwoord. Een cheetah? Waar dan? “Onder de detour!” Pardon? We kijken en inderdaad, we zien een snel ademende stippelvacht ONDER de ANWB-champignon liggen. Asjemenou… de cheetah ligt aan de bestuurderskant van de auto dus het kost enig klauterwerk over de versnellingsbak en Sylvain heen (want het is strikt verboden om je auto te verlaten), en door de hitte verbrand ik mijn handen half aan de raampost, maar het is het ongemak alleszins waard: ik kiek echt een geweldige close-up van de halfverscholen cheetah-snuit.
Als we dan in de middag nog een olifantenfamilie uitgebreid zien badderen en een serie giraffen van dichtbij mogen bekijken, dan mogen we toch wel concluderen dat we echt een ongelooflijk goeie dag hebben gehad hier. Sylvain is totaal gaar van het rijden, ik ben ook nauwelijks meer fris te noemen en onze trouwe Ford kan ook wel een nachtrust gebruiken na al die mishandeling van zijn banden, remmen, vering en schokbrekers – let’s call it a day. Morgen dezelfde weg terug.
-
17 November 2018 - 05:20
Ankie:
Hi rangers, ik lees dat jullie volop genieten van al 't moois. Had niet anders verwacht :-)
Nog een driving tip, op gravelroads (zonder al teveel potholes) is het handig om iets harder te rijden (50-60 km/per uur). Dat is net iets comfortabeler, maar je loopt daarmee wel een kleine kans om dingen te missen. Veel plezier nog daar en dank alvast voor al die prachtige kiekjes. Word ik heel blij van :-)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley