Van stuiterenstein naar Swakopmund
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
12 November 2018 | Namibië, Swakopmund
In onze reisbeschrijving wordt met hoofdletters gewaarschuwd voor de slechte staat van de weg die we moeten berijden – en even voor de goede orde: dat is dus één van de meest bereden toeristenwegen van het land! – en daar is geen hoofdletter aan verspild want het is waarlijk abominabel. Heel veel keien, keitjes en gravel, heel veel stukken ‘corrugated road’ (wat wil zeggen dat de weg een soort golfkartonstruktuur heeft: je gaat er vanzelf met vibrato van zingen als je je mond open doet) en op een zeker stuk kan Sylvain ternauwernood een enorme pothole in de weg ontwijken. Welcome to Namibia.
Het landschap verandert drastisch tijdens deze route. De rode duinen van Sossusvlei en omgeving worden allengs minder, en ervoor in de plaats komen vlaktes met veel meer groen (maar weer is het geen grasmat, maar een zanderige ondergrond met allemaal kleine groene polletjes erop; volgens Sylvain zijn het “allemaal lospollen”). De bergen om ons heen worden ook schaarser. We steken wel twee keer een bergpas over en met name die twee stukken weg verzorgen de mooiste vista’s van de dag. Bij Gaub Pass bestaan de bergen uit diagonale laagjes, een soort filodeeg van rots: heel apart. Op de parkeerplaats waar we even een kiekje kunnen schieten liggen er afgebroken stukken en je zou ze zo mee naar huis kunnen nemen en als grillige plavuizen kunnen neerleggen. Van dichtbij zitten er ook hele kleine glittertjes in: wellicht zitten er hier nog schatten in het gesteente die nog wel eens nader bekeken gaan worden. Ervaring met mijnbouw hebben ze hier genoeg in elk geval.
Omdat we nou eenmaal toeristen zijn en tja, hoe vaak krijg je deze kans nou, stoppen we heel eventjes voor een fotootje bij het bord ‘Tropic of Capricorn’. We passeren de Steenbokskeerkring: vanaf nu is het weer mogelijk om de zon loodrecht op onze bol te laten schijnen. De eerlijkheid gebiedt me te melden dat ik de afgelopen dagen niet gemerkt heb dat dat niet het geval was.
Uiteindelijk laten we de hoogteverschillen helemaal achter ons en rijden we door een heel vlak stuk Namib Desert – deels zandwoestijn, deels gravelwoestijn – op Walvisbaai af. En dat is niet echt een pretje. Vanuit de verte doemt deze stad op als een hele hoop industrie op een kluitje: af en aan rijdende trucks, tractoren, mijnmaterieel (er wordt hier uranium en fosfaat gewonnen, lekkere spullies ook), en de ‘buitenwijk’ die we het eerst zien lijkt wel een grote verzameling allemaal dezelfde kleine monopolyhuisjes op een rijtje neergezet. Elk huisje heeft een klein lapje grond maar aangezien er hier best een flinke bries staat en de huisjes grenzen aan de woestijn heeft niemand iets aan dat lapje gedaan omdat je het toch aflegt tegen het zand.
Het is daardoor des te vreemder dat Walvis Bay Lagoon bestaat: een semi-beschut stukje zee waarin honderden vogels op hun gemakje aan het foerageren zijn. Dat levert de eigenaardige aanblik op van een hele kluit kleurige tropische flamingo’s tegen een achtergrond van containerkranen, schepen en ander haventoebehoren. Het is een stopje van een paar minuten; we gaan door naar Swakopmund.
Deze stad heeft net als Lüderitz een grote Duitse invloed gekend en dat levert ook hier veel huizen op die door Duitse architekten zijn ontworpen zo net na 1900. Maar de sfeer die in Swakopmund hangt is wel heel anders dan in Lüderitz: veel gemoedelijker, ruimer en opener. Zeer brede straten, veel minder hoge muren, hekken en traliewerk, en de stad heeft een opgeruimd aanzicht. Aan de kust bij de oude houten steiger worden we aangesproken door de sjofele, voortandenloze Damara-man Hermann (ik vraag me af of hij ‘Hermann’ heeft verzonnen om het makkelijker te maken voor de Duitse toeristen) die priegelkunst maakt. Hij vraagt onze namen en kerft die ter plekke in kastanjes waarin reeds zebra’s, olifanten of neushoorns zijn uitgesneden. Sylvain onderhandelt ter plekke over de prijs en uiteindelijk komen ze tot een deal. Ongetwijfeld zijn we geript, maar ach… we beschouwen het maar als ontwikkelingshulp. Er eerlijk is eerlijk: het zijn wel echt mooie, kleine kunstwerkjes. Kunnen wij ook weer met een gerust gemoed gaan slapen vanavond.
-
12 November 2018 - 17:53
Moeke/Pipa:
Weer genoten van je verhalen. Zoveel hebben jullie al gezien en er is zoveel herkenning. En dan zijn jullie nog niet eens op de helft.
En wat dapper van Syl, om toch weer in een ballon te klimmen.
Dikke kus voor beiden.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley