Adembenemende schoonheid
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
14 Juni 2016 | IJsland, Kirkjubæjarklaustur
Nou hebben we al een paar onverharde wegen gehad hier, maar tot nog toe haalt niets het bij de 14 kilometer lange route naar Þakgil: fikse kuilen, haarspeldbochten, stenen op de weg, steile stukken waarbij je echt niet kunt zien wat er aan de andere kant van de heuvel zit, en smal, heel smal. We hopen maar dat we geen tegenliggers tegenkomen want dat lijkt hier echt geen pretje. Met maximaal 20 km/uur duurt een stukkie van 14 km ook best lang trouwens. Maar omdat we al een voorproefje krijgen van wat we tijdens de wandeling gaan zien is het bepaald geen straf om zo sloom te vorderen. Zoals Elbow het reeds treffend verwoordde: “It’s looking like a beautiful day”!
We hebben enkele honderden hoogtemeters af te leggen en dat is meteen bij de start te voelen in de kuiten en te merken aan de ademhaling. Maar onze inspanningen worden meer dan beloond. Om beurten uiten we kreten als “kijk nou toch!”, “dit lándschap!”, “wat.is.dit.mooi!” en we zijn het erover eens dat niet vaak genoeg de schoonheid van deze omgeving kan worden geprezen. Het lijkt wel of een schrijver ooit de opdracht kreeg het allersprookjesachtigste, allermooiste, allerkleurigste en allerontzagwekkendste landschap te verzinnen, daar een vleugje dreiging aan toevoegde en vervolgens zijn creatie verwezenlijkt zag. Bergwanden gekroond door grillige pieken, rotsformaties waarvan je werkelijk niet kunt begrijpen hoe ze ooit zo gevormd zijn door wind, ijs en water, bergbeekjes en natuurlijk in de verte een hoge foss, waarvan het water wegloopt in een dal zo diep en onbereikbaar dat het net lijkt alsof het niet echt is . En als de zon gedurende een flinke tijd uitbundig doorbreekt (wat zijn wij toch ongelooflijke bofkonten) dan is het licht op deze voorstelling gewoon perfect. En daar lopen wij dan heel klein te wezen en heel groots te genieten.
Een heel eind verder in de hike worden we vergast op vooral vergezichten, over de spoelzandvlaktes voor de kust en de smalle gletsjerrivieren die er doorheen meanderen en glinsteren in het zonlicht. En om ons heen nog behoorlijk uitgestrekte sneeuwvlaktes waar we met enige moeite doorheen klossen omdat je steeds je voeten net iets verder moet optillen dan bij een stap op harde ondergrond. Als we weer afdalen zijn we daarentegen de sneeuwvlaktes in no time voorbij, want dan heb je een soort roltrap-naar-beneden-effect. Weer veilig aanbeland bij de auto constateren we dat we al met al zes uur onderweg zijn geweest. Zes uur van adembenemende schoonheid – letterlijk en figuurlijk.
Qua bergetappe heeft Roeline de smaak te pakken: “oh leuk, ik ga weer terugrijden!” roept ze handenwrijvend – en de 14 kilometer bergcross wordt met grote glimlach getrotseerd. Ook een serie tegenliggers krijgen van deze chauffeuse een blije duim omhoog bij het passeren, en enigszins teleurgesteld bereikt ze de niet al te uitdagende Vegur 1 weer. We tuffen nog een stukje verder want we hebben uit de boekjes dat er bij de rotsen van Reynisfjall wel eens puffins te zien zouden kunnen zijn. Nou vinden we er daar precies één: een afgevreten en nogal dood exemplaar op het strand. Ook treffen we een ander lijkje aan: een vervaarlijk uitziende platte zwarte vis van een centimeter of dertig met twee rijen hele kleine maar hele scherpe tandjes in zijn bek. Voor de puffins hoefden we dus eigenlijk niet hierheen, maar het strand zelf is al interessant genoeg: het heeft zwart zand en een eindeloze hoeveelheid van die mooie gladde kiezelstenen (waardoor het overigens net zo moeizaam klossen is als door een sneeuwvlakte) in allerhande formaten en 50.000 tinten grijs. En dan de rotswand die direkt aan het strand grenst: bovenin is die met gras en mos begroeid en bevolkt door een hele meeuwenkolonie, en onderin is hier weer een gigantisch kerkorgel van basaltkolommen te zien. Door de eeuwen heen heeft de natuur heel toepasselijk een soort kathedraalachtige poort uitgesleten; als je erin loopt zie je boven je een ingenieuze legpuzzel van basaltkolommetjes, bijna allemaal zeshoekig.
We zijn blij als we eenmaal thuis eindelijk onze schoenen uit kunnen trekken en onze tenen kunnen masseren, maar deze onbeschrijflijk mooie dag hadden we voor geen goud willen missen.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley