Vreemd boomfruit
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
10 Oktober 2014 | Australië, Kakadu
Wanneer we er aankomen en de wandeling beginnen is de lucht zoals altijd vol met geluiden: het is hier nooit stil. De cicades (krekel-achtige beestjes) tsjerpen onophoudelijk, vogels fluiten en koeren en kakatoes krassen, en de onvermijdelijke vliegen zoemen alweer akelig dicht bij onze oren. Eentje van het vervelender soort steekt me zelfs in mijn elleboog, de brutale vl(i)egel! Maar er is ook iets dat we niet thuis kunnen brengen: een geluid dat een mengeling lijkt van krassende vogels, gillende apen en krijsende baby’s. Terwijl we lopen kijken we uit gewoonte omhoog om de bron van het lawaai te vinden en in de meeste gevallen is dat vruchteloos omdat je de vogel in kwestie door het dikke gebladerte toch niet kunt zien. Nu echter is het geen enkel probleem, want de bomen hangen hier bomvol met … vleermuizen! Zij zijn het die al dat lawaai maken, want ze hebben het hartstikke druk met van tak naar tak vliegen, heen en weer klauteren en ondersteboven ruzie maken met de buurvleer die in de weg hangt. Maar het meest bijzonder is wel de maat van deze beesten: ze zijn namelijk gigantisch! Ik denk dat ik met een gemiddelde grootte van 30 cm behoorlijk in de buurt zit.
We blijven niet te lang hangen *kwinkslag* want aan de ‘plop’-geluiden te horen hebben de vleerreuzen een gezonde stoelgang, en daar willen we bij voorkeur niet onder staan (bij mij rijst overigens wel de vraag waar hun uitgang zit… als die op de gebruikelijke plek zit hang je als vleer zelf in de weg zou je zeggen). Op naar de rivier. Daar zien we al snel een flinke kroko op een zandbank zitten. Oh, en daar drijft er nog eentje. Oh, en daar liggen er nog twee! Met een beetje geduld en een scherpe blik door de verrekijker zien we er steeds meer, inclusief de exemplaren die echt maar met twee oogjes boven water uitkomen. De gids had gezegd dat de krokodillen hier wachten tot het tij keert en de vissen min of meer automatisch de opengesperde reptielenbekken inzwemmen, maar na een uur wachten hebben we nog geen opengesperde reptielenbek gezien… en in het water zit ook maar weinig verandering. We geven het hier dus maar op.
Een eindje verderop wandelen we een stukje naar het Bubba Wetland (wetlands staan hier meer bekend onder de veel gezelligere naam ‘billabongs’) maar daar is het erg rustig. Er zitten wat eenden en ganzen op hun gemakje te snateren en te poetsen en zo nu en dan vliegt er een vogel voorbij, maar het is er niet zo levendig als in de eerste billabong die we zagen, 2 dagen geleden. Je kunt goed merken dat we hier in de laatste weken van het droge seizoen zitten: alle kreken en kleine riviertjes zijn volledig opgedroogd, en er liggen een hoop bruine bladeren op de grond in de bosrijke gedeelten. Nu we dit park zo droog gezien hebben is het voor ons moeilijk voor te stellen dat de weggedeelten waar borden met de tekst “road subject to flooding” bij staan (en dat zijn heel wat stukken weg hier) over een paar maanden echt zo nu en dan zullen overstromen. Wat zal het er hier dan anders uitzien! En wat zullen de wetlands dan helemaal wemelen van de vogels!
Bij Nourlangie Rock is een kleine lookout die voor de verandering niet op het lager gelegen land eromheen uitkijkt, maar op rotswanden die op afstand te zien zijn. Vlakbij de lookout zijn enkele rotswanden waarop Aboriginal art te zien is: concrete voorstellingen zoals een kangoeroe en een man met speer (dit waren boodschappen aan het volgende volk – want de Aboriginals waren nomanden – dat hier langs zou komen: er zijn hier lekkere hapjes te vinden!) en dansende figuurtjes (een sfeertekening van ceremonies die hier zijn gehouden), maar ook afbeeldingen van mythische figuren zoals de ‘Lightning Man’ en ‘Ginga, the great saltwater crocodile’, belangrijke personages in de overleveringen van deze volkeren.
Voor het eerst deze vakantie brengen we een paar uren van de middag lezend door, met een frisje en een chipje erbij. Dat is toch ook wel eens lekker hoor! Aan het begin van de avond rij ik nog even terug naar Nourlangie Rock in de hoop er een spetterende zonsondergang te zien – ik heb visioenen van een rode zon die de terrakleurige rotsen vurig oplicht – maar echter edoch helaas gaat de zon net zó onder dat het licht alleen maar heel snel weg is daar. Er is wel een spetterende hoeveelheid vliegen, dat dan weer wel.
-
14 Oktober 2014 - 16:33
Ankie:
Zo te lezen maak jij wel 'vliegen'svlug veel vrienden Down Under ;)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley