Non-directief
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
19 September 2017 | Spanje, Isla de Tenerife
Enigszins brak staan we dus op, we ontbijten op sloom tempo en zitten lekker nog even te lezen onder het motto: het is dus wel vakantie hè? Daarna pakken we de auto en begeven ons naar een duikschool die we van tevoren op internet al hebben geselecteerd. Uiteraard bevinden duikscholen zich in het toeristisch gebied dus daar gaan we, de totale contrastzone in: in het zuidwesten van Tenerife is het een opeenstapeling van blokkerige hotels, schreeuwerige nachtclubs, vage restaurantjes met niet al te best eten (we lunchen in een tentje waar een enorm beeldscherm met videoclips staat – het geluid lekker hard aan zodat je niet per se met je tafelgenoten hoeft te praten als je even geen stof hebt en je wilt niet zo onbeleefd zijn om je mobiel ter hand te nemen tijdens de maaltijd – en waar pizza nummer 07 op het in het Nederlands vertaalde menu de “Pizza Bezuinigingen” is) , een massa flanerende mensen en een onafgebroken stoet auto’s. Na enige hulp van de moderne technologie staan we in duikschool Aqua-Marina waar we hartelijk begroet worden door de Britse Madge. We hebben een relaxed gesprek en horen tot onze vreugde en opluchting dat de meeste duikers die bij hen boeken net zoals wij zijn: relatieve beginners die graag onder begeleiding van een rustige instrukteur mooie dingen onder water willen zien. We krijgen een toertje door het pand en hebben er een goed gevoel bij, dus we boeken meteen vier duiken.
Ik heb wel eens gelezen dat overmatig gapen en extreme moeheid in de auto een volwassen versie is van wagenziekte. Bij mij zou dat in elk geval kloppen want toen ik klein was bestond de standaarduitrusting van de auto als we met vakantie gingen uit onder andere een plastic zak voor mij om in te spugen en een handdoekje om vervolgens mijn snoet af te vegen. Tegenwoordig begin ik oncontroleerbaar te gapen als ik een kwartiertje in de auto zit en ik zak weg in een soort zware loomheid. De lokale buitentemperatuur van een graad of dertig helpt er ook niet bij natuurlijk... het is dus zaak om in aktie te komen voordat ik in een totale apathie wegzak. In de wandelgids zoeken we een hike die aan deze kant van de bergflank is en dan rijden we een stukje de berg op, richting de bergtop El Sombrero de Chasna. En behalve gapen en loom zijn zit ik ook enorm te hannesen want het tijdperk ‘leesbril’ is onlangs ingegaan dus ik doe leesbril op – leesbril af om de kaart te lezen en zonnebril op – zonnebril af om dan weer op de weg te kijken; op een gegeven moment heb ik ze allebei op mijn neus staan. Wat een gedoe.
We hebben een luswandeling van ca. 2,5 uur op het oog en het begin verloopt voorspoedig: we kunnen alle herkenningspunten vinden die in de wandelgids vermeld staan. We klimmen langs de bergwand omhoog door een eucalyptusbos (het ruikt hier ook “ naalderig” volgens Sylvain) en zien de meest fantastische boombasten de revue passeren. Gek genoeg zien we ook verschillende verbrande bomen die solitair gebrand lijken te hebben, zonder de bomen om zich heen mee te hebben genomen – dat lijkt me best een opgave in deze kurkdroge omgeving. Op ongeveer de helft van het traject gaan we de mist in. Er is een kruispunt van wandelwegen en vanaf dat moment is het volledig onduidelijk voor ons welke kant we opmoeten, aangezien de witte stippen en pijlen die we moeten volgen opeens ontbreken. En het woord ‘wandelwegen’ is ook een te eervol begrip voor de vage sporen van een pad die we hier bewandelen. We lopen eerst de ene richting uit – hmm, nee, dit is het vast niet. Terug dan maar. Dan kiezen we een andere richting – dayum, ook hier geen richtingaanwijzers. Terug dan maar. Maar eh... wat was nou precies ‘terug’ ...? Binnen de tijdsspanne van luttele minuten hebben we werkelijk geen idee meer waar we nou net gelopen hebben en zijn we verdwaald. Geen paniek verder want ver kunnen we niet verwijderd zijn van waar we net waren, maar het is wel hinderlijk. En ondanks een paar werkelijk schitterende uitschieters – de mooiste is een verbrande boom met een soort poortgat erin waar ná de brand de hars van is gaan stromen; het lijkt wel alsof er druppels vloeibaar goud langs de bast stromen – lijkt de ene naalderige boom best wel heel erg veel op die ernaast.
Na enig zoeken komen we dan toch weer uit op het kruispunt waar onze verwarring begon en we besluiten dat we maar niet nog een derde richting uitgaan, maar het best op onze schreden kunnen terugkeren. Een heel mager lusje dus om gewandeld te hebben, jammer. Maar in tegenstelling tot Ijsland vorig jaar waar ik me samen met Roeline ook met volle overgave verloren liep op een bergflank wordt het hier wèl donker ‘s avonds – en dan verkies ik toch de hanen en honden van Granadilla boven het welriekende eucalyptusbos en een matras van naalden.
-
20 September 2017 - 08:11
Mignon:
Veel plezier Tessa en Sylvain, erg leuk weer om te lezen! xx
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley