Een waterige dag
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
07 Juni 2016 | IJsland, Dalvík
We gaan het water van het Eyjafjördur op, het fjord waar ons huisje ook aan ligt, en nog geen tien minuten later spot de gids de eerste walvis. We volgen deze bultrug een tijdje maar zoals dat altijd gaat met het volgen van walvissen: je weet nooit waar ze weer boven komen als ze onderduiken. Ik als doorgewinterde visserijmedewerkster vraag me af waarom zulke bedrijfjes dan niet gewoon een sonartje onder hun boot hebben hangen – dan zit je altijd op het goede spoor. Ook zou een fluisterbootmotor geen slecht idee zijn; als je als walvis met rust gelaten wilt worden dan zwem je natuurlijk gewoon weg van de herrie. Ik heb al enkele van dit soort tripjes gemaakt en nog steeds hoop ik op een gebeurtenis zoals die altijd op de reclameplaatjes staat: een grote snuit uit het water zodat je het oog kunt zien … of een flinke tetter van de staart op het water (daar zou ik wel een nat pak voor over hebben!) … of natuurlijk het allerliefst een sprong uit het water.
Helaas krijg ik ook vandaag weer none of the above. We zien in totaal vier bultruggen – met de nadruk op ruggen. Een spray, een gekromde rug, en floep, weg zijn ze weer. Roeline weet nog een kiekje te maken van een lome staart maar we krijgen helaas helaas helaas geen spectaculair schouwspel voorgeschoteld. De intensieve dag van gisteren gecombineerd met de korte nacht begint zich een beetje te wreken: terug naar Hauganes zit ik op het dek bij de voorsteven met mijn hoofd tegen de reling al te slapen. Eenmaal terug aan land doen we wat boodschappen in het nabijgelegen Dalvik (Hauganes telt rond de 100 inwoners dus een Albert Heijn XL zit er even niet in) en dan rijden we terug naar ons huisje voor een late lunch. Daarna vallen we allebei als een blok in slaap en als mijn wekker een uur later (het is dan 16.00 uur) gaat moeten we echt even tot onze positieven komen.
Maar zo grijs en grauw als het vanmorgen was, zo prachtig ziet het er nu uit buiten dus het zou een schande zijn als we daar noet nog van zouden profiteren. We rijden wederom naar Dalvik en pakken daar bergopwaarts een kleinere weg die overgaat in een onverhard exemplaar. Aan het allereindste eind van deze weg staat boederij Kot (alle boerderijen in IJsland hebben een naam en ze staan ook allemaal met naam genoemd in de wegenatlas. Hier kun je niet zomaar even je boerderijtje omnoemen als je de naam die het al decennialang heeft spuugzat bent, want dan niemand je meer vinden! Voor zover wij kunnen ontdekken zijn er langs de wegen ook geen nummers dus die namen zijn wel echt essentieel) en daar begint de wandeling die we uitgezocht hebben. Ook nu profiteren we van het feit dat het hier niet donker wordt: het is al 19:00 uur voordat we goed en wel op weg zijn.
We lopen over bergpaadjes, springen over geultjes, kraken ons een weg door heuse vlakjes sneeuw en testen de waterdichtheid van onze schoenen op de drassige stukken grasland (ik heb mijn onlangs aangeschafte waterdichte Meindls deze vakantie voor het eerst aan en ze krijgen hier de eerste twee dagen al de volle laag qua stof en modder; ik beloof ze plechtig dat ze over twee weken thuis een enorme lik leervet toegediend zullen krijgen). Na een uur komt onze beloning: we arriveren bij het bergmeer van Vatsndalur. We zijn er allebei even stil van, want de schoonheid van deze plek is overweldigend. Het meer in groene setting wordt aan alle kanten omringd door besneeuwde bergtoppen die worden weerspiegeld in het water. Twee ganzen vliegen over, in de verte zwemt een zwanenpaartje en we zien verschillende soorten vogels aan de overkant, waar meanderende bergstroompjes in het meer uitkomen. De kers op de taart (de IJs-taart in dit geval) is dat wij tweeën de enigen zijn die dit allemaal op dit moment zien. Geen enkele andere persoon, laat staan een bus vol toeristen, is hier. En daar worden wij heel, heel erg gelukkig van.
Uiteraard is het diner wederom wat aan de late kant… als we tegen half elf thuiskomen (na een rit in volgens Roeline voor foto’s het perfecte avondlicht) hakken we snel wat groenten in de pan en fabriceren we een bonenschotel die we om een uur of elf met smaak verorberen. Ook nu zien we weer na middernacht een prachtige zonsondergang. (Niet dat het donker wordt hoor, want over twee uur komt ze alweer op. Maar tegen die tijd liggen we wel op bed. Hoop ik.)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley