Zadelpijn is fijn
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
19 Oktober 2014 | Australië, Daintree
Sylvain en ik hebben dit twee keer eerder gedaan: een jaar of 20 geleden in Schotland en zeven jaar geleden in Alaska. Beide keren had Sylvain een nogal eigenwijs rijdier onder de bips gekregen, dus we zullen maar eens kijken hoe dat nu gaat. Het eerste stukje sjokken we wiegel-waggel over een pad door het regenwoud; uiteraard hebben de paarden dit al tienduizend keer eerder gedaan dus we hoeven niet echt te sturen ofzo. Dan gaan we een stukje draf proberen; ik zie Sylvain voor me stuiteren in het zadel terwijl het paard zijn voorganger volgt. Voor mijn gevoel breng ik het er redelijk vanaf maar de kenner zal daar ongetwijfeld héél anders over denken! Nog een klein stukje stapvoets en dan zijn we op het strand van Cape Tribulation: ik associeer regenwoud niet met zout water maar hier begint de tropische begroeiing echt direkt na de mangroves die nu met de wortels droog staan.
Dan is het tijd voor galop! Kijk, dat heb ik nog nooit gedaan dus dat is leuk. The Chief toont hier zijn ware aard – of Sylvain misschien wel, want zoals hij zelf vroom zegt: “a horse is as good as its rider” – hij hobbelt wat maar een echte galop komt er niet uit. Mijn Duke daarentegen gaat er als een speer vandoor als ik hem twee tikjes in de hals geef met de teugels. Zo zeer zelfs dat ik word gemaand om hem in te houden: hij mag namelijk niet zijn voorganger inhalen. “Then they will just argue” aldus cowboy Steve. Een paar galoppen over het strand en het grasland later en eenmaal terug bij de stal hoor ik dat verschillende van deze paarden ooit racepaarden waren. Dat verklaart een hoop. Ik ben in elk geval erg blij dat ik in het zadel gebleven ben want tijdens de galop ben ook ik flink op en neer gestuiterd.
’s Middags gaan we op bezoek bij een Exotic Fruit Farm. Digby en Alison, beiden rond de 65 jaar oud, waren ooit leraren in Melbourne die het lerarenbestaan zat waren. Dertig jaar geleden werden ze verliefd op Cape Tribulation, kochten er 8 hectare voor veehouderij afgekeurde grond en maakten er deels een ietwat commerciële boomgaard van voor enkele tropische vruchten, en deels een tuin waarin alles hetzij direkt eetbaar hetzij bruikbaar in eten hetzij nuttig voor deze tuin is. Zo staan er tientallen fruitbomen met allerhande soorten die wij nog nooit in ons leven gezien laat staan geproefd hebben, maar er staan ook kurkumaplanten, gemberplanten en een kaneelboom. Er groeit ook een bodembedekker die in feite een soort pinda is. De pinda’s worden nooit geoogst, verrotten in de grond en vormen zo weer voeding voor de andere planten, en tegelijkertijd zorgt deze plant ervoor dat er geen gras kan groeien – gras is funest voor veel soorten planten hier.
In deze eetbare tuin hoeven geen chemicaliën gebruikt te worden, mede doordat een plaag nooit de hele tuin zal verwoesten maar slechts een paar planten. En doordat dode bladeren en rottend materiaal niet opgeruimd worden houdt de levenscyclus zichzelf in stand houdt: dit is een ‘permaculture’. Mooi hoor. Op een speciale overdekte veranda krijgen we tien soorten exotisch fruit voorgeschoteld, waaronder bijvoorbeeld de West Indian lime (een enorme citrusvrucht met een twee centimeter dikke schil), de star apple (een rode vrucht met, als je hem dwars doorsnijdt, een prachtige stervorm van binnen) en de black payote (groene schil… en dan van binnen een dubbelganger van chocolate brownie). Er zit zoet, knapperig, zuur, melig, bitter en zompig tussen. Digby vertelt van alles over de herkomst, het gebruik en de commerciele mogelijkheden van de vruchten. Grappig eigenlijk dat hij dus wederom een leraar is; de ware aard verloochent zich niet!
Op onze laatste volle dag in Australië hebben we zelfs nog een aardige wildlife score: bij een panoramaplekje aan zee zien we twee heel kleine kangoeroes (naar het schijnt paddy melon kangaroos – of in elk geval iets dat zo klinkt) rondhoppen, bij ons huisje scharrelt een musky rat-kangaroo tussen de bomen, en bij het restaurant waar we ons laatste avondmaal gebruiken wandelt een bandicoot (een knaagdier met een lange snuit) in de marge. We mogen niet klagen!
Morgen auto inleveren in Cairns, en dan is het weer een lange trip terug naar huis: Cairns – Sydney – Dubai – Amsterdam. It’s been a good one. Australia: no worries & see ya later!
-
20 Oktober 2014 - 11:35
Moeke:
Weer genoten van de verhalen. Het is hier nu 11.30, 20 okt. We zien jullie morgen op Schiphol. Reken maar op herfstig weer. Liefs Moeke
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley