Langs de Muur
Door: Tessa Romein
Blijf op de hoogte en volg Tessa
30 Augustus 2012 | Duitsland, Berlijn
De alto’s die de tram bevolken zouden in de DDR in elk geval op de nominatie staan om wegens verstoring van de openbare orde opgepakt te worden. Ik zie onderweg een jonge man die een gezicht vol piercings heeft (ik kan hem uiteraard niet aan gaan zitten gapen maar schat dat er minstens twintig knopjes uit zijn gelaat steken), een meisje (tenminste, dat denk ik – deze persoon heeft een beetje een genderloos gezicht) met twee verticale zwarte strepen van 1 centimeter dik als een soort Adidas-logo getatoëerd op haar been en een jonge vrouw die licht geeft in het donker met haar fluorescerend groengeel geverfde haar. Never a dull moment!
De bouw van de Berlijnse Muur werd gestart in 1961, nadat er sinds het einde van WOII zo’n 2,6 miljoen mensen uit de DDR naar de Bondsrepubliek waren gevlucht. Velen hiervan waren hoogopgeleide burgers en zo kwam de economie van Oost-Duitsland behoorlijk in gevaar. Officieel werd de bevolking van de DDR door de bouw van de Muur “beschermd tegen fascistische elementen die de wil van het volk om een socialistische staat op te bouwen ondermijnden” maar feitelijk trachtte men de leegloop van Oost-Duitsland een halt toe te roepen. Na de val van de muur in november 1989 werd er vrijwel meteen driftig in het beton gehakt door ‘Muurspechten’ die met hamer en beitel op souvenirjacht gingen; de ontmanteling van de Muur door de staat begon in juni 1990.
De East Side Gallery is in Berlijn het langste stuk Muur dat er nog staat: zo’n 1,3 kilometer. Reeds in 1990 kwamen ruim 100 artiesten uit alle uithoeken van de wereld naar Berlijn om elk een een paar meter van de Muur te beschilderen; alle werken zijn een uiting van de hoop op een betere wereld en van het verlangen naar vrede en vrijheid. In 2000 was het helaas alweer nodig om sommige werken te restaureren, voor een klein deel omdat ze waren aangetast door de elementen, maar vooral omdat ze enorm beklad waren. Zoals overal ter wereld willen mensen graag hun aanwezigheid vastleggen en met een Eddingstift is dat makkelijk zat, maar persoonlijk heb ik nog nooit het idee gehad dat een geweldig schilderij van een Trabantje dat door de Berlijnse Muur komt geknald, er leuker, mooier of beter op wordt door er de woorden “Klaus und Tine verewigt auf der Berliner Mauer” op te kladden. Maar goed, dat is natuurlijk een kwestie van smaak.
Hoewel warm is het volledig bewolkt en tijdens mijn studie van de East Side Gallery word ik overvallen door een flinke plensbui. Gelukkig ben ik in de buurt van een souvenirshopje èn verstoken van enig gevoel voor mode en dus kan de souvenirverkoper mij voor het idiote bedrag van EUR 5,00 afzetten met de verkoop van een regenponcho, van een flodderige flutkwaliteit afdekplastic die bij Gamma in de onderste schappen ligt. In het rozerood, ook dat nog.
Na de openluchtgalerie volg ik de route die in mijn reisgids staat en loop zo door verschillende straten waar de Muur gestaan heeft. Hoewel op dit stuk met opzet de exacte plek van de Muur wordt aangegeven door een streep klinkers en/of een koperkleurige strip, is het een idioot idee dat die hier gestaan heeft, vooral omdat het zulke gewone straten zijn… moeilijk voor te stellen dat de mensen hier in sommige huizen 28 jaar lang een metershoge muur pal voor hun deur hadden staan, vooral omdat je nu auto’s geparkeerd ziet staan op die klinkerstreep, en fietsers eroverheen ziet rijden. Tenminste, dat ‘pal voor de deur’geldt voor het westelijke deel van de stad: daar woonde de bevolking zowat tegen de muur aan (al staan op verschillende plaatsen hoge bomen, vermoedelijk om die treurige streep beton aan het oog te onttrekken). Aan de oostkant was er de Muur, daarachter een meterslang niets en vervolgens nog een afscheiding met wachttorens. Het werd daardoor onmogelijk om ongezien bij de Muur te komen en het oosten te ontvluchten. Die zogeheten ‘Todesstreife’ is op sommige plaatsen nog steeds zichtbaar in de vorm van stukken lege stad met hoog opgeschoten gras, maar in andere straten wordt driftig gebouwd en worden de lege plekken alras opgevuld. Grond is duur in een wereldstad dus men zou wel gek zijn om het braak te laten liggen.
Toen ik 14/15 jaar was ben ik in Berlijn geweest, samen met mijn ouders. Doodeng vond ik het. De weg naar de stad toe vond ik al vreselijk (politieauto’s die tergend langzaam langsreden op elke parkeerplaats langs de snelweg, als we even stopten onderweg) maar de overgang naar Oost-Berlijn aan de Zimmerstrasse/Friedrichstrasse staat in mijn geheugen gegrift; doodsangsten stond ik er uit. Op de terugweg uit Oost-Berlijn naar het westen moesten we allemaal uitstappen en werd de auto van voor naar achter en van onder tot boven gecontroleerd. Motorkap open, achterklep open, inspectie van de onderkant met spiegels, en de vering van de achterbank werd zwaar beproefd omdat grenswachten er met hun volle gewicht en een soort grote stalen knots op drukten – alles om te zien of we geen vluchteling hadden meegesmokkeld. Hoe anders is het nu bij dit Checkpoint Charlie! Het checkpoint staat er nog steeds maar puur als toeristische attractie: je kunt er een DDR-stempel in je paspoort laten zetten en met de ‘grenswacht’ op de foto gaan. Ik herken er helemaal niets meer van, en dat geldt evenzeer voor het Haus an der Mauer: het kleine bedompte museum van huiskamerformaat van toen is enorm uitgebreid en beslaat nu het vloeroppervlak van het hele blok. De hoeveelheid informatie is ook enorm uitgebreid.
Na een relaxte stop bij Starbucks vervolg ik mijn weg (na een paar droge uurtjes mag ik me weer in mijn rozerode floddercondoom hijsen) en kom bij de Niederkirchner Strasse bij de expositie met de fijne naam ‘Topographie des Terrors’: het gedeelte van de stad waar gedurende het Naziregime (1933-1945) het hoofdkwartier van de SS en de Gestapo waren. De plek was door de geallieerden gebombardeerd en de ruines ervan afgebroken na de oorlog. Na de val van de Muur ontdekte men onder de grond nog restanten van de martelkamers van de Gestapo en de restanten ervan bleven behouden en werden ingericht als openluchtexpositie. Uiteindelijk werd in 1992 ertegenover een permanent museum gebouwd waarin uitgebreid wordt verteld over de ellende die de Nazi’s op hun geweten hebben. De lijst met bevolkingsgroepen die vervolgd werden is lang: joden, zigeuners, homo’s, ‘asociale elementen’, geesteszieken, criminelen… uiteindelijk vonden wereldwijd 55 miljoen (!!!!!) mensen de dood door deze oorlog. Een ongelooflijk getal. Recentelijk heb ik de film ‘Süsskind’ gezien en ben ik in kamp Westerbork geweest; tel hier de informatie van Checkpoint Charlie en de Topographie des Terrors bij op en ik ben een beetje gedeprimeerd zo aan het einde van de dag. Tegelijkertijd prijs ik mezelf gelukkig dat ik hier alleen maar over hoef te lezen en dan weer door mag lopen.
Na een kilometertje of tien wandelen is mijn tocht ten einde en vind ik het ook mooi geweest. Wat een indrukwekkende dag was dit, echt eentje die me weer eens heel hard doet beseffen hoe goed ik het heb. Nou ben ik me daar in het algemeen prima van bewust maar af en toe een extraatje kan geen kwaad.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley